Om het gedrag van de auto op de weg te voorspellen, moet de bestuurder rekening houden met de adhesiecoëfficiënt van de banden aan het wegdek, oftewel de gladheid van de weg. Deze factor is afhankelijk van zowel de weersomstandigheden als het type wegdek.
instructies:
Stap 1
Denk aan de factoren die de grip van uw banden verminderen. Dit is een natte laag (plassen), olie- en olievlekken, zand- en sneeuwverstuivingen, ijs. Ze omvatten ook weersfactoren die de gladheid van elk wegdek vergroten. Een van de gevaarlijkste is het rijden door grote plassen, wat het effect van aquaplaning kan veroorzaken, waardoor de tractie van de wielen tot nul wordt gereduceerd.
Stap 2
Houd er altijd rekening mee dat ijs een selectief fenomeen is. Met andere woorden, het manifesteert zich vaker in bepaalde delen van de route, afgewisseld met niet-bevroren plaatsen. Verwacht ijsvorming in de schaduw van bomen, gebouwen, op bruggen en viaducten en op lichtere rijstroken. Controleer de weg altijd op ijsvorming als de luchttemperatuur rond de nul graden is.
Stap 3
Let op de kruising van asfaltverharding met onverharde wegen. Tijdens veldwerk, modderige wegen of na langdurige regenval wordt op deze plaatsen modder naar binnen getrokken door wielen. Bovendien geeft asfalt bij warm weer een bindmiddel af dat de tractie aanzienlijk vermindert. Wees voorzichtig bij het rijden over bladeren, vooral als het nat is.
Stap 4
Om de gripcoëfficiënt van de banden bij het rijden met lage snelheid te controleren, remt u lichtjes of trapt u plotseling het gaspedaal in. Om de mate van gladheid van de weg nauwkeuriger vast te stellen, moet dit bovendien meerdere keren gebeuren, telkens scherper. Hoe eerder de wielen beginnen te slippen, hoe lager de tractiecoëfficiënt.
Stap 5
Verlaag voorzichtig de snelheid op gladde wegen. Vermijd probleemgebieden, indien mogelijk. Probeer te voorkomen dat de auto beweegt met sommige wielen op een gebied met goede tractie en met andere op een gladde ondergrond. Bij het minste teken van remmen kan de auto ronddraaien.
Stap 6
Houd er ook rekening mee dat de wieltractiecoëfficiënt afneemt in verhouding tot de toename van de rijsnelheid. Dus bij een snelheid van 150 km/u zal de grip van de banden meerdere malen minder zijn dan bij een snelheid van 30-50 km/u. Vandaar de conclusie: helemaal aan het begin van het remmen met hoge snelheid is de grip van de banden op de weg altijd minder dan aan het einde. Dit feit is de reden voor de niet-lineaire afhankelijkheid van de remweg van de snelheid.
Stap 7
Controleer de staat en slijtage van het loopvlak van de wielen van uw auto. Het loopvlakpatroon, namelijk de slijtage van de uitsteeksels, vermindert de coëfficiënt van de bandadhesie aan de weg aanzienlijk. Banden met een volledig versleten loopvlak hebben de laagste gripcoëfficiënt - een derde minder dan nieuwe.