De automatische versnellingsbak is uitgerust met een autonoom smeersysteem onafhankelijk van het motorsmeersysteem. Als het olievolume dat in de automatische transmissie wordt gegoten tot onder het kritieke niveau daalt, is een storing onvermijdelijk. Daarom moet de controle van het vetpeil in de automatische transmissie dagelijks worden uitgevoerd.
Noodzakelijk
Handschoenen
instructies:
Stap 1
In tegenstelling tot de motor wordt het smeerniveau in de automatische transmissie uitsluitend in warme toestand gecontroleerd.
Daarom herinneren we ons na het opwarmen van de energiecentrale dat de auto in dit geval op een vlak gebied moet worden geplaatst met de parkeerrem vastgedraaid, de keuzehendel beweegt meerdere keren in alle standen. Daarna wordt hij overgebracht naar de "P" (parkeer) positie, maar de motor stopt niet en de motorkap gaat open.
Stap 2
Terwijl de motor stationair draait, wordt de peilstok van de automatische transmissie verwijderd, die wordt afgeveegd, tot het einde teruggeplaatst en weer uitgetrokken. Als het werkelijke oliepeil tussen twee markeringen ligt, ligt dit binnen het normale bereik. Maar als het lager is, is het noodzakelijk om het bij te vullen en de dichtheid van het automatische transmissiehuis te controleren.
Stap 3
Iets meer over de merktekens op de peilstok van de automatische transmissie. Het merkteken "KOUD" geeft aan wat het smeringsniveau in de automatische transmissie moet zijn als de auto niet voldoende is opgewarmd, niet in beweging was en de keuzehendel niet door de standen bewoog. Dat wil zeggen, het geeft het niveau van relatief koude olie aan. Het "HOT" merkteken geeft aan wat het smeringsniveau in de automaat moet zijn als de auto kort voor de meting heeft gelopen en de olie in de bak is opgewarmd tot bedrijfstemperatuur.