Veel automobilisten kennen de situatie als op een ijzige ochtend de motor weigert wakker te worden na een koude nacht. Dan wordt duidelijk dat de batterij leeg is. Maar haast je niet om te haasten om een nieuwe te kopen. Een "lege" batterij kan je immers herstellen. Als het goed wordt opgeladen, gaat het lang mee.
instructies:
Stap 1
Vergeet niet om de batterij met een bepaalde snelheid op te laden. Heeft uw accu bijvoorbeeld een capaciteit van 50 ampère-uur, dan dient deze 10 uur op 5 ampère te worden opgeladen. Vergeet niet om de covers te verwijderen tijdens het opladen.
Als u de batterij sneller probeert op te laden, kan dit leiden tot oververhitting of koken van de elektrolyt. En als de platen kromtrekken, gaat de batterij dood. Als de batterij verzegeld is, laadt u deze nog langzamer op. Gemiddeld niet meer dan 2,5% van de ampère-uurkarakteristiek. Het is echter ook niet de moeite waard om de batterij te lang opgeladen te houden.
Er zijn opladers die zijn uitgerust met een snellaadfunctie. Het moet worden gebruikt
alleen in extreme gevallen. Deze procedure verkort immers de levensduur van de batterij.
Stap 2
Als uw batterij leeg is en u de auto dringend moet starten, is de eenvoudigste manier om de batterij op te laden via een externe bron. Meestal helpen autoliefhebbers elkaar een handje door ze een lege accu uit hun auto te laten opladen. Hiervoor heeft u wel een startkabel nodig. Ze zijn heel verschillend. Maar het is beter om geen "links" exemplaar te kopen dat met de hand is gemaakt, maar een fabrieksmodel. De verkeerde kabel kan immers bij het eerste gebruik smelten. Hierdoor zal het opwarmen en energie verliezen. Dus het is niet ver van het vuur.
Stap 3
Indien u een startkabel heeft, dient u eerst de rode kabel aan te sluiten op de (+) aansluiting op de opgeladen accu. Vervolgens moet u het andere uiteinde van de rode kabel aansluiten op de (+) aansluiting op de lege batterij. Sluit vervolgens de zwarte kabel aan op de (-) aansluiting op de opgeladen accu en het andere uiteinde op een schoon massapunt op het motorblok of chassis. Het belangrijkste is dat het weg is van de batterij, carburateur, brandstofslangen. Op het moment van aansluiten kan er een klein vonkje doorheen glippen.
Er moet op worden gelet dat beide kabels geen bewegende delen raken. Het voertuig kan nu gestart worden met een opgeladen accu. Het moet minstens een minuut draaien. Probeer dan de auto te starten met een lege accu. Als de motor niet start, wacht dan een paar minuten en probeer het opnieuw. Als alles werkt, kun je de donorauto verdrinken. Wanneer u de startkabel loskoppelt, herhaalt u de hele procedure in omgekeerde volgorde.