Bij het gebruik van een auto moeten veiligheid en comfort voorop staan. Een van de onderdelen van een veilige doorgang in de winter is een schone achterruit, zonder beslaan en sneeuwkorst.
instructies:
Stap 1
Als de ruiten van uw auto bij ijzig weer beslagen zijn of bedekt zijn met een laag ijs, zet u de verwarmde achterruit aan: dit verbetert het zicht en zorgt voor veiligheid op de weg. Na het inschakelen van de verwarming moet de bijbehorende indicator oplichten, die zich op het dashboard van de auto bevindt. Kijk een paar minuten na het aanzetten van de verwarming naar de achterruit: deze moet schoner en transparanter worden en de sneeuw aan de buitenkant van de auto begint te smelten. Leg je hand op het glas. Als de verwarming goed werkt, moet u zich warm voelen.
Stap 2
Als de indicator van de verwarming aangeeft dat de werking is gestart, maar het glas nog steeds onder de damp zit, controleer dan of de zekering van de verwarmde achterruit is ingeschakeld. Schakel het indien nodig uit.
Stap 3
Als het glas niet genoeg bevroren is en er ligt geen sneeuw op het oppervlak van de auto, gebruik dan de volgende methoden om de verwarmde achterruit te controleren. Ga op de achterbank zitten en adem krachtig uit door je mond op het glas. Het zou moeten beslaan en onmiddellijk beginnen op te ruimen van de warme verwarmingsleidingen.
Stap 4
Ga buiten de auto staan en giet wat water op de achterruit. Een goed werkende verwarming zorgt ervoor dat het water niet bevriest op het glas, zelfs niet bij strenge vorst. Als slechts een deel van de verwarmingsdraden defect is en het glas ongelijkmatig opwarmt, kunt u met water eenvoudig berekenen welke strips vervangen moeten worden. Giet water op het glas en kijk waar het bevroren is. Als je geen water bij de hand hebt, gooi dan wat sneeuw op het glas.
Stap 5
Degenen die graag in de auto graven en de gezondheid van alle contacten controleren, kunnen de volgende controlemethode proberen. Zet de verwarmde achterruit aan. Als de indicator zijn werking aangeeft, werkt het relais naar behoren, open de verwarmingscontacten aan één kant van het glas en verbind ze met elkaar via een "sonde". Als de verwarming goed werkt, zal de stroom vrij door de verwarmingsfilamenten stromen, waardoor de sonde gaat gloeien. Als de sonde niet helderder wordt, zijn de verwarmingsfilamenten defect of zijn de contacten geoxideerd.