Het closed-loop brandstofinjectiesysteem, dat wordt gebruikt in injectiemotoren, is als volgt ontworpen: brandstof wordt geleverd vanuit een gastank, die onder de achterbank is geïnstalleerd, via een hogedrukpomp naar de injector. Die brandstofdampen die niet zijn opgebrand, worden via de pijp verzameld in de adsorber, een apparaat dat overtollige brandstof opvangt en door de leidingen, zwaartekracht en terugslagkleppen terug naar de tank stuurt.
instructies:
Stap 1
Een dergelijk voedingssysteem kan aanzienlijk brandstof besparen. De zwaartekrachtklep is een "vangnet" dat voorkomt dat er gas ontsnapt wanneer de auto over de kop slaat, en de terugslagklep dient als drukregelaar in de brandstoftank, dus in geval van storing moet deze worden vervangen.
Stap 2
Om bij de keerklep te komen, moet je bij sommige auto's de brandstoftank verwijderen, in andere auto's kun je door het ontwerp bij de keerklep komen door simpelweg de tankvulklep te verwijderen. Draai de bevestigingsklemmen los en verwijder de brandstoftank.
Stap 3
Koppel vervolgens alle leidingen en draden los. Hierboven bevindt zich een afscheider met een tweeweg-terugslagklep. Om de terugslagklep te vervangen, moet u de klemklemmen losmaken en de leidingen loskoppelen. De klep wordt in omgekeerde volgorde gemonteerd.
Stap 4
Als het ontwerp van de auto het mogelijk maakt om de terugslagklep te vervangen zonder de tank te verwijderen, moet u het volgende doen: schroef de klep van de gastank los; verwijder de adsorber en koppel de vacuümslang los. Verwijder vervolgens de terugslagklep.
Stap 5
Voordat de klep wordt vervangen, kan deze worden gecontroleerd. Koppel de verdamperbuis los van de terugslagklep en sluit deze aan op het apparaat dat het vacuüm meet. Breng vervolgens geleidelijk een vacuüm aan op de klep. De klep moet openen wanneer de druk 1,33 kPa bereikt. Vervolgens moet u de vacuümpomp van de vacuümaansluiting naar de hogedrukaansluiting verplaatsen.
Stap 6
Vervolgens moet u de druk in het vacuümcircuit langzaam verhogen en de aflezingen van de manometer volgen. Als de druk onder 5,07 kPa wordt gehouden, is de klep in orde. Als de druk niet blijft bestaan, moet de klep worden vervangen.
De terugslagklep moet in de omgekeerde volgorde van demontage worden geïnstalleerd.