Voor iemand die verre van racen is, lijkt de actie die plaatsvindt bij de pitstop bijna magisch. Tot vijftig mensen slagen erin om de auto in een seconde volledig te onderhouden. Dit alles dankzij de duidelijk ingestudeerde acties van het team.
Standaardhandelingen tijdens de race worden tot automatisme gebracht en ondersteund door moderne elektronica. De boordcomputer houdt het brandstofpeil in de gaten en stuurt, zodra het naar een conventioneel niveau zakt, een signaal naar het tankstation. Dezelfde informatie wordt gegeven aan de piloot die de voorlopige ronde maakt en de pitstop inrijdt. Inmiddels is daar al een vulcomplex klaar en is er een set verse wielen in elektrische kachels geplaatst.
In de eerste anderhalve seconde tillen twee monteurs de auto op en draaien vier de wielen los. Tegelijkertijd is een vulcomplex aangesloten op de gastank. Een andere monteur toont de chauffeur een lollybordje met de kant waarop het remsignaal staat. Nog een seconde wordt besteed aan het verwijderen van de wielen. In 3, 5 seconden na aankomst van de auto zijn er al andere wielen op gemonteerd. Er is twee tiende van een seconde nodig om de sluiting vast te schroeven. Meteen daarna doen de monteurs een stap achteruit en steken hun hand op om aan te geven dat ze de sleutels hebben verwijderd en de auto zelf op de grond staat. Bij de vijfde seconde draait de monteur de lolly met de andere kant om met een signaal voor de eerste versnelling. Bij de markering van 6, 5 seconden wordt de tankkabel losgekoppeld van de auto (al die tijd werd er brandstof doorheen gepompt met een snelheid van 12 liter per seconde). De piloot start en verlaat de pitlane op de tiende seconde.
Vervanging van onderdelen kan de service vertragen. Het stuur wordt in twee seconden losgemaakt met een speciale knop. De voorvleugel wordt in acht seconden gewisseld, de achtervleugel in anderhalve tot twee minuten. Boordcomputer - over een minuut, motorkap - over twee of drie. Als de auto plotseling afslaat, gebruikt de monteur erachter de luchtstarter.