Liefhebbers van krachtige auto-akoestiek stellen zich vaak tot doel om een auto uit te rusten met een krachtige subwoofer, maar een dergelijke afstemming gaat gepaard met een aantal controversiële kwesties. Een daarvan is de aansluiting en locatie van de versterker.
instructies:
Stap 1
Plaats van installatie. Om het interieur van de auto niet te storen zijn de versterkers verborgen gemonteerd, dit geldt ook voor de bedrading. Low-power versterkers kunnen onder de passagiersstoelen voor of achter worden geïnstalleerd. Dergelijke apparaten worden niet erg warm, daarom is de aanwezigheid van constante luchttoegang voor hen niet zo kritisch. Versterkers met een vermogen van meer dan 1,5 kW dienen bij sedans in de kofferbak, op de rugleuning van de achterbank, op de achterruitplank te worden geplaatst.
Stap 2
Stroom netwerkverbinding. De versterker wordt rechtstreeks gevoed vanaf de accupolen via een zekering; apparaten met hoog vermogen hebben een condensator nodig om op het netwerk te worden aangesloten. Een stroom van enkele tientallen ampères kan in het stroomnetwerk passeren, dus u moet de versterker aansluiten met een massieve koperdraad met een doorsnede van 10 of 16 vierkante mm. Op plaatsen waar de draad van het motorcompartiment naar het passagierscompartiment gaat, is het noodzakelijk om pakkingbusafdichtingen te installeren, die zorgen voor dichtheid en voorkomen dat de draad tegen de metalen rand wrijft. Op de versterker is de draad verbonden met het aansluitblok Power: het positieve contact met de terminal gemarkeerd met + 12V, het negatieve contact met de GND-terminal.
Stap 3
Signaaldraad leggen. Er moet een signaaldraad van de radio naar de versterker worden geleid. De plaats van installatie moet zo ver mogelijk worden gekozen uit de hoofdbundel van standaard bedrading en de voedingslijn van de versterker om inductie van interferentie te voorkomen. Het aantal signaaldraden is gelijk aan het aantal verbindingskanalen en er moet een enkeladerige draad uit de radio worden getrokken voor stroomregeling op afstand, die moet worden aangesloten op de afstandsbedieningsterminal. De signaaldraden zijn aangesloten op de ingangsconnectorgroep op de versterker en de bijbehorende radioconnectoren.
Stap 4
Akoestische draden aansluiten. De akoestische draden hoeven niet te worden beschermd tegen interferentie, dus ze kunnen overal onder de bekleding van de auto worden gelegd. Op de versterker zijn de draden verbonden met de Out-contactgroep, waarbij de polariteit met de contacten op de subwoofer in acht wordt genomen. Op versterkers met hoog vermogen kunnen luidsprekeraansluitingen schroefklemmen hebben.